Vraag: Wilhelmus, je woont al jaren in Oostenrijk en bent een echte culinaire alleskunner. Waarom ben jij zo gepassioneerd over voedsel bewaren?
Antwoord: Omdat het zonde is om eten weg te gooien, zo simpel is het eigenlijk. Ik zie het als mijn missie om mensen te laten inzien dat goed bewaren niet ingewikkeld hoeft te zijn. Kijk, voedsel kost geld, tijd, energie. Het komt van de boer, de natuur, het seizoen. En dan zou je dat zomaar laten bederven? Dat voelt voor mij als verspilling van alles wat eraan voorafging. Als je slim bewaart, eet je meer, gooi je minder weg en bespaar je geld. En je voorkomt ook nog eens dat je per ongeluk iets bedorvens eet, met alle risico’s van dien.
Vraag: Je noemt voedselvergiftiging. Wat zijn de gevaren als je eten niet op de juiste manier bewaart?
Antwoord: Nou, mensen onderschatten dat vaak. Bedorven voedsel kan bacteriën bevatten zoals salmonella of listeria. Die zijn niet altijd zichtbaar of te ruiken. En als je die binnenkrijgt, kun je goed ziek worden. Denk aan hevige buikpijn, braken, diarree. Maar vooral voor ouderen, jonge kinderen of mensen met een zwakke weerstand kan dat echt gevaarlijk zijn. Het is dus niet alleen een kwestie van “zonde van het eten”, maar ook van veiligheid.
Vraag: Wat zijn volgens jou de grootste fouten die mensen maken als het gaat om bewaren?
Antwoord: Twee dingen. Ten eerste: mensen bewaren dingen op de verkeerde plek. Ik zie nog te vaak brood in de koelkast, of appels naast bananen. Daar gaat het al mis. Ten tweede: we vergeten wat we in huis hebben. Restjes verdwijnen achterin de koelkast, worden vergeten en belanden na een week in de vuilnisbak. Dat is zonde. Als je een goed systeem hebt en je begrijpt wáár je iets het beste bewaart, dan hou je alles veel langer goed.
Vraag: Hoe kunnen mensen beter leren om met restjes om te gaan?
Antwoord: Het begint met bewustzijn. Kijk na het eten even wat je overhoudt. In plaats van het meteen in de prullenbak te gooien, kun je denken: wat kan ik hier morgen mee? Van restjes rijst kun je bijvoorbeeld een gebakken rijst maken. Groenten over? Gooi ze in een omelet of soep. Maak er een nieuwe maaltijd van. Je hoeft niet elke dag iets nieuws te koken. En dat scheelt niet alleen geld, maar ook energie en tijd.
Vraag: Je hebt een website – www.voedselhoudbaarmaken.nl – waarop je allerlei tips deelt. Wat hoop je dat mensen daar vinden?
Antwoord: Eenvoud, vooral dat. Geen moeilijke theorieën of ingewikkelde apparaten. Gewoon praktische tips voor thuis. Hoe je kaas goed bewaart. Hoe lang je restjes kunt invriezen. Welke groenten je beter kunt inmaken. Ik wil mensen leren hoe je met een paar simpele gewoontes veel kunt besparen en verspilling voorkomt. En het mooiste is: het maakt je keuken overzichtelijker en je wordt creatiever met koken.
Vraag: Is invriezen de oplossing voor alles?
Antwoord: Zeker niet. Invriezen is handig, absoluut. Maar je moet het wel goed doen. Niet alles is geschikt om in te vriezen, en sommige dingen verliezen smaak of structuur. Bijvoorbeeld sla of yoghurt, dat wordt gewoon papperig. En je moet altijd etiketten gebruiken: wat zit erin, en wanneer heb je het ingevroren? Anders ben je na drie maanden alsnog aan het gokken wat er in dat bakje zit. Daarnaast is invriezen niet altijd duurzaam – diepvriezen kost stroom. Soms is wecken of drogen een beter alternatief.
Vraag: Jij bent groot voorstander van inmaken, wecken en drogen. Waarom?
Antwoord: Omdat het oude methodes zijn die hun waarde hebben bewezen. Mijn oma maakte vroeger al jam in, zonder koelkast. Dat werkte perfect. Als je groenten inmaakt in zuur of pekel, blijven ze maanden goed. Gedroogde kruiden gaan soms wel een jaar mee. En je hebt er geen stroom voor nodig. Bovendien is het leuk werk. Het geeft voldoening om zelf iets te maken en te bewaren. Het voelt ook respectvol naar het voedsel toe.
Vraag: Wat heb je nodig om goed te kunnen bewaren?
Antwoord: Eigenlijk heel weinig. Een goede koelkast, dat sowieso. En een vriezer, als je die ruimte hebt. Maar daarnaast: schone bewaardozen, goed sluitende potten, etiketten. Meer heb je niet nodig. En natuurlijk kennis: je moet weten welke temperaturen veilig zijn. Koelkast onder de 7 graden, vriezer op -18. Dan blijven bacteriën op afstand. En schoon werken, altijd. Vieze handen of een vuile lepel in je restje saus? Dan kun je het de volgende dag al weggooien.
Vraag: Wat vind jij van de houdbaarheidsdatum op verpakkingen?
Antwoord: Die moet je leren lezen. “Ten minste houdbaar tot” betekent: het is vaak daarna ook nog goed. Zeker bij droge producten zoals pasta of rijst. “Te gebruiken tot” is strenger – dat gaat om veiligheid, bijvoorbeeld bij vlees of kant-en-klaarmaaltijden. Maar vertrouw ook op je zintuigen. Ruik eraan, kijk, proef voorzichtig. We zijn een beetje verleerd om op ons gevoel af te gaan. We gooien iets weg zodra de datum voorbij is, terwijl het soms nog prima is.
Vraag: Hoe kunnen mensen hun koelkast beter indelen?
Antwoord: Daar valt veel winst te halen. Leg bederfelijke producten onderin, waar het het koudst is. Bovenin kun je eieren, boter en restjes kwijt. De groentelade is natuurlijk voor groenten en fruit, maar niet voor alles. Appels kun je beter buiten de koelkast bewaren, die geven ethyleengas af waardoor andere dingen sneller rijpen. En open verpakkingen? Doe die over in een afsluitbaar bakje. Dan blijft het langer vers en je ziet beter wat je hebt.
Vraag: Wat zijn volgens jou producten die mensen het vaakst verkeerd bewaren?
Antwoord: Brood is een klassieker. In de koelkast droogt het uit. Beter vries je het per portie in. Tomaten verliezen hun smaak in de koelkast – bewaar ze op kamertemperatuur. Aardappelen in de koelkast? Dan krijg je zo’n zoetige smaak door omzetting van zetmeel. Ook vaak mis: uien en aardappels samen bewaren. Uien geven vocht af en daar gaan aardappels van rotten. En restjes? Die laat men te lang staan, of vergeet men af te dekken. Dat is vragen om problemen.
Vraag: Wat vind je van kant-en-klare bewaarsystemen, zoals vacumeerapparaten?
Antwoord: Handig, zeker. Vooral als je grotere hoeveelheden bewaart of voedsel lang wilt invriezen. Vacumeren zorgt ervoor dat er geen zuurstof bij het eten komt, dus bederf gaat trager. Maar ook zonder dure apparaten kun je slim bewaren. Doe soep in een lege glazen pot, zet ‘m ondersteboven en laat ‘m afkoelen. Dat zuigt vanzelf vacuüm. Of gebruik diepvrieszakken waar je de lucht uit duwt. Het gaat erom dat je nadenkt en zorgvuldig werkt.
Vraag: Hoe zie jij de toekomst van voedselbewaring?
Antwoord: Ik hoop dat we teruggaan naar vroeger, maar dan met moderne kennis. Vroeger hadden mensen geen vriezer, maar maakten ze in of droogden ze. Nu kunnen we kiezen, en dat is mooi. Maar we moeten het ook doen. Als we allemaal een beetje slimmer met voedsel omgaan, besparen we wereldwijd tonnen verspilling. En dat begint in je eigen koelkast. Ik droom van een samenleving waarin “weggooien” echt de laatste optie is, niet de eerste reactie.
Vraag: Heb je nog een laatste advies voor mensen die willen beginnen met voedsel goed bewaren?
Antwoord: Begin klein. Kijk wat je vandaag overhoudt na het eten, en maak er morgen iets nieuws van. Zet een lijstje op je koelkast met wat erin ligt. Koop minder, maar verser. En verdiep je in bewaren – op mijn website vind je daar alles over. Het is geen straf, het is een kans om bewuster en creatiever te leven. En geloof me: je proeft het verschil.
Meer weten?
Wilhelmus Hengstmengel deelt op www.voedselhoudbaarmaken.nl zijn kennis over bewaren, inmaken, invriezen en voedsel slim hergebruiken. Zijn passie: minder verspilling, meer smaak. Want goed bewaren is geen kunst – het is gewoon een kwestie van doen.